“Wat doen we verkeerd?“
Internationaal congres over wereldwijde vrijheid van Godsdienstvrijheid
"De cijfers van geloofsvervolging gaan vooruit en van geloofsvrijheid gaan achteruit. Wat doen we verkeerd?”, is mijn vraag aan de deelnemers van het Internationale Congres over wereldwijde vrijheid van godsdienst, dat dezer dagen in Azië wordt gehouden; georganiseerd door het International Panel of Parliamentarians for Freedom of Religion or Belief (IPPFoRB).
Voor de UN Speciale Rapporteur, Ahmed Shaheed, is de vraag lastig om te beantwoorden. “Het is geen kwestie van ‘iets verkeerd doen’, maar van een ruimere definitie (van geloofsvervolging op o.a. social media) en van een harde werkelijkheid. Vervolging omwille allerlei aspecten van religie is gewoonweg gestegen in de afgelopen jaren, vooral tegen christenen en moslims.”
Samen met de Tweede Kamerleden Joël Voordewind en Martijn van Helvert (CDA) wissel ik plannen uit met tientallen andere deelnemers aan het congres over FoRB (Freedom of Religion and Belief). De andere deelnemers zijn politici uit allerlei landen in de wereld, die allen actief bezig zijn met het opkomen voor religieuze minderheden.
Een van de hoofdsprekers is UN Speciale Rapporteur Ahmed Shaheed. In een zeer interessante presentatie toonde hij aan dat de vrijheid van godsdienst onder druk staat. Onder meer vanwege meer gewelddadige incidenten op social media en vanwege rechtsstaten met veel (rechtsstatelijke) mankementen. “Het misbruik van religie voor politiek gewin is een steeds grotere bedreiging voor religieuze minderheden. Christenen zijn nog steeds de grootste groep vervolgden, gevolgd door Moslims.
Ook hield de voormalige voorzitter van de Duitse CDU/CSU in de Bundestag, Volker Kauder, een vlammend betoog dat we door moeten gaan met ondersteuning te bieden aan vervolgde christenen. “Christenen staan wereldwijd het meest onder druk en dus verdienen die de meeste aandacht. Zonder onze druk zat Asia Bibi nog steeds in de gevangenis.”
En de vroegere voorzitter van het Duitse Parlement, Norbert Lammert, zei: “Schendingen van geloofsvrijheid nemen helaas toe. Vijftien jaar geleden was dat in 39 landen, nu in 56!”
Dat de conferentie in het continent Azië plaats vindt , was bewust gekozen, want vrijheid van godsdienst is een ‘must’ op weg naar beter en vreedzaam samenleven. Zeker ook voor de christenen in Azië. Denk bijvoorbeeld aan de velen in Pakistan.
Voor mij zijn deze cijfers en opmerkingen nog meer motivatie om mij in het Europees Parlement en ook via dat parlement mij in te blijven zetten voor geloofsvervolgden.