Mensenrechtensituatie in Pakistan moet aantoonbaar beter
Pakistan kan en mag er niet van uitgaan dat de Europese handelsvoordelen dat het nu heeft, stilzwijgend verlengd worden, alsof het om een internetabonnement zou gaan. Dat is mijn belangrijkste conclusie na mijn werkbezoek aan dat land.
Samen met collega-Europarlementariërs van de mensenrechtencommissie van het Europees Parlement (DROI), bracht ik deze week een bezoek aan Pakistan. Tijdens onze reis ontmoetten we o.a. advocaten, mensen uit de regering, senatoren, leden van de nationale assemblee, journalisten en mensenrechtenactivisten. De kernvraag tijdens onze missie was of Pakistan in aanmerking komt voor een verlening van het zogenoemde EU-stelsel van algemene preferenties, beter bekend als het GSP+-programma (General Scheme of Preferences). In 2024 treden er nieuwe voorwaarden voor dit programma in werking en zal Pakistan opnieuw moeten aantonen dat het hier aan kan voldoen. Dit betekent dat Pakistan volgend jaar moet tonen dat het hier aan voldoet.
Foto: gesprek met Pakistaanse senatoren
Belang van Europese handelsvoordelen voor Pakistan
Pakistan is veruit de belangrijkste begunstigde van het GSP+-programma. Het overgrote deel van de Pakistaanse export komt de EU binnen tegen voordelige tarieven. Ter illustratie: in 2020 exporteerde Pakistan voor ongeveer 5,4 miljard euro naar de EU en over 4,7 miljard van dit bedrag werden geen importheffingen betaald. Bovendien neemt de handel met de EU alleen maar toe door deze handelsvoordelen. Kortom, het GSP+-programma is enorm belangrijk voor de Pakistaanse economie.
Foto: voorzitter van de Nationale Assemblee van Pakistan.
Mensenrechtensituatie
Als voorwaarde moet het land voldoen aan 27 internationale verdragen over mensenrechten, arbeidsrechten, duurzame ontwikkeling en goed bestuur. De bevindingen van onze missie zijn echter verontrustend. Zo zit er bijvoorbeeld totaal geen schot in de behandeling van een wetsvoorstel om marteling te verbieden, en worden christenen hevig gediscrimineerd op de arbeidsmarkt. Tijdens een van onze ontmoetingen kregen we verder te horen dat er in feite helemaal geen goed beoordelingsmechanisme zou bestaan om de naleving van deze internationale verdragen te toetsen. Er zijn geen heldere criteria. Het enige wat plaats zou vinden is een algemene dialoog.
Met name op het gebied van mensenrechten en godsdienstvrijheid moeten er wezenlijke, aantoonbare veranderingen komen en dat is dus wat anders dan klinkende wetsteksten produceren. De Pakistanen moeten duidelijke verbeteringen gaan merken in hun alledaagse levensomstandigheden. Aan de hand van een concreet stappenplan met tijdspad van de regering, moet duidelijk worden hoe men dit gaat realiseren. Wat mij betreft gaat het Europees Parlement dat nauwgezet monitoren, en dan in het bijzonder de DROI-commissie, waarvan ik lid van ben.
Blasfemiewetgeving
Een van de belangrijkste zaken die in Pakistan moet veranderen, is het misbruik van de blasfemiewetten (godslastering). Christenen, maar ook Ahmadi’s, worden dikwijls op grond van valse beschuldigingen ter dood veroordeeld of ze zitten jaren onterecht vast. Op mijn initiatief stuurt de DROI-commissie samen met Pakistaanse senatoren een gezamenlijke brief aan het Hooggerechtshof. De rechters van dat hof hebben de autoriteit om rechters op lager niveau te dwingen sneller uitspraak te doen in zaken over godslastering.
Foto: tegenover mij zit advocaat Saif ul-Malook
Overstromingen
Naast bovengenoemde zaken baart ook de overstromingsproblematiek in Pakistan mij grote zorgen. We hebben een werkbezoek gebracht aan de NFRCC (National Flood Response and Coordination Centre). In Pakistan worden de gevolgen van klimaatverandering pijnlijk duidelijk. Aan de ene kant wordt het land geteisterd door hittegolven en extreme droogte, maar aan de andere kant heeft Pakistan te kampen met zware moessons.
Foto: werkbezoek bij het NFRCC
Naar schatting 33 miljoen mensen zouden door de overstromingen getroffen worden. Er zijn zeker 1550 doden, een derde van dat aantal betreft kinderen. Oogsten zijn vernield. Wij bezochten op 150 km ten westen van Islamabad een vluchtelingenkamp met vooral Afghaanse bewoners. Meer dan een derde van dat kamp was door de overstromingen weggespoeld. Nu heeft men daar, en in grote delen van Pakistan, dringend behoefte aan tenten en muskietennetten.
Foto: vluchtelingenkamp in Pakistan
De EU is ook met een team in de getroffen regio’s aanwezig om humanitaire steun te verlenen. Het is goed dat dit gebeurt. We mogen de Pakistanen niet vergeten en moeten ook oog blijven houden voor al het leed in dat land.