De visserijcommissie besloot dat voor de visserijtakken die pas na 2015 onder de aanlandingsplicht vallen, de wetgeving later moet worden aangepast. Dit kan dan in combinatie met het nieuwe raamwerk van technische maatregelen dat de Europese Commissie over enkele maanden zal voorstellen.

In de Omnibus verordening zou dus alleen aandacht moeten worden besteed aan het dringende probleem van de tenuitvoerlegging van de aanlandplicht voor de visserijtakken die er in 2015 onder vallen. Dit gaat dan met name om de pelagische soorten, waarbij de bijvangsten beperkt zijn. “Het jaar 2015 kan zo een testjaar zijn om te beoordelen welke effecten de toepassing van de aanlandplicht heeft. Op basis hiervan kunnen we dan beter besluiten nemen over de wetgeving voor de overige visserijtakken”, aldus Peter van Dalen.

Overige aanpassingen

Peter van Dalen, visserij coördinator van de ECR fractie, is blij dat de visserijcommissie op meer punten het voorstel heeft aangepast: “Alleen vangsten van boven de 50 kilo per soort moeten worden genoteerd in het logboek, in plaats van elke verdwaalde vis te registreren, zoals de Europese Commissie wilde. Dit scheelt in de administratieve lasten”.

Ook komt er wat de visserijcommissie betreft een overgangsperiode van twee jaar, waarin vissers niet direct gestraft worden als ze fouten maken. Van Dalen: “Europa moet de vissers de tijd geven om zich aan te passen aan de nieuwe regels. Het is goed te beseffen dat de vissers in deze periode ook zonder het te willen, fouten kunnen maken. Tegelijkertijd is het niet een carte blanche om alle nieuwe regels te negeren.”

Hoe nu verder?

Nu de visserijcommissie haar positie heeft bepaald en een mandaat heeft gekregen kunnen de onderhandelingen beginnen. Dit zou nog wel eens lastig kunnen worden, want de Europese Commissie en de Raad van Ministers zijn het op veel vlakken niet met het Parlement eens. Het resultaat van de onderhandelingen moet dan worden voorgelegd aan het Europees Parlement als geheel. Dit is op zijn vroegst in februari, daarna moet alles nog worden verwerkt. Er ontstaat dus hoe dan ook een juridisch vacuüm op 1 januari aanstaande. Het zal voor vissers volgens de ene wet verboden zijn om vis terug te gooien, maar volgens een andere wet ook verboden zijn om de vis aan land te brengen. Van Dalen: “Dit was aan van de redenen waarom ik tegen de invoering van de aanlandplicht stemde: je kon zien aankomen dat dit tijdschema onhaalbaar was. En dat zien we nu dus ook: 1 januari wordt bij lange na niet gehaald en de vissers weten niet waar ze aan toe zijn. Uitstel lijkt me de enige optie”.